Als het is gelukt om myxomyceten te vinden dan wordt het pas echt interessant.. Er zijn enkele soorten die in het veld al op naam gebracht kunnen worden. Denk bijvoorbeeld aan het ijsvingertje (Ceratiomyxa fruticolosa). Daarnaast zijn er soorten waarbij je de groep kunt herkennen in het veld zoals de draadwatjes (Trichia spec.). Voor veel mensen is dit echter voldoende, anderen willen toch graag gaan proberen om de soort te determineren.

Literatuur

Er zijn relatief veel goede boeken verschenen omtrent de determinatie van myxomyceten (zie het onderdeel Literatuur). Een tip is het boek over de Myxomyceten van Nannenga-Bremekamp. Het is enigszins verouderd maar voor de Nederlandse en Belgische soorten is het nog steeds zeer bruikbaar. Voor het determineren wordt er gebruik gemaakt van sleutels waarmee je de verschillende slijmzwammen op naam kunt brengen. Deze sleutels gebruiken zowel macroscopische als microscopische kenmerken.  De meeste boeken staan vol met de meest prachtige en gedetailleerde soortbeschrijvingen. In het stuk hieronder willen we graag wat praktische tips geven over het onderzoeken van slijmzwammen.

Macroscopische kenmerken

Gebruik een loep!

Bij het bestuderen van de slijmzwammen begint het natuurlijk met de macroscopie. Voor de macroscopische kenmerken is een loep zeer handig. Neem ook zeker een loep mee wanneer je in het veld­­ op zoek gaat. Het zal even duren voordat je een slijmzwam kunt herkennen in het veld. Een handig kenmerk is het feit dat je een slijmzwam vaak “weg kunt vegen” met je vinger terwijl verschillende zakjeszwammen juist stevig vast zitten aan het substraat.

Stereomicroscoop

Wanneer je echter serieus aan de slag wilt met het determineren van de slijmzwammen is een goede stereomicroscoop onmisbaar. Je kunt hiermee de macroscopie van de slijmzwam veel beter bestuderen en kleine kenmerken herkennen. Bij slijmzwammen is het bestuderen van de macroscopie zeker net zo belangrijk als de microscopie. Daarnaast hebben sommige slijmzwammen de meest prachtige vormen en kleuren, er gaat dus een wereld voor je open…. Ook is een stereomicroscoop praktisch wanneer je een preparaatje wilt maken.

Microscopische kenmerken

Welke microscoop moet ik aanschaffen?

Vaak is het nodig om een slijmzwam microscopisch te onderzoeken. Dit lijkt misschien complexer dan het is. Mocht je een microscoop willen aanschaffen kies dan voor een microscoop die ook een 100x (olie immersie) objectief heeft. Bij slijmzwammen is vaak de ornamentatie van de sporen erg belangrijk en deze details zie je het best wanneer je vergroot tot ongeveer 1000x. Ook is een meetoculair belangrijk voor het opmeten van verschillende onderdelen. Het is een tip om een trinoculaire microscoop aan te schaffen. Je kunt dan ook een (microscoop)camera monteren op de derde tubus en op deze wijze direct digitaal vastleggen wat je gevonden hebt.

Koop een goede pincet!

Investeer verder in een (of beter twee) goede en fijne pincetten, een horlogemakerspincet/genitaalpincet van bijvoorbeeld Dumont is misschien duur maar zeker de investering waard. Hiermee kun je de fijne onderdelen van de vruchtlichamen pakken die je graag wilt onderzoeken. Zonder een goede pincet ben je echt  “vleugellam”.

Welke chemicaliën heb ik nodig?

Voor het onderzoek van slijmzwammen onder de microscoop zijn geen complexe stoffen nodig. Zelf gebruiken we vooral water en ammoniak (bv 10%). De ammoniak is gewoon te koop in de winkel. Wees enigszins voorzichtig met ammoniak, het is immers een bijtende stof! Je kunt de ammoniak bijvoorbeeld in een pipetteer flesje schenken zodat je eenvoudig een druppeltje op een objectglaasje toe kunt voegen. Een tip is om er een klein druppeltje afwasmiddel in het flesje toe te voegen, hierdoor wordt de oppervlaktespanning verlaagd.

Hoe maak ik een preparaatje?

Het preparaatje maak je als volgt. Leg een druppeltje ammoniak of water op een objectglaasje. Neem met de pincet een stukje van het vruchtlichaam dat je graag wilt gaan bestuderen. Bijvoorbeeld een beetje van de binnenzijde van een vruchtlichaam, dat meestal bestaat uit het capillitium en de sporen. Neem zo min mogelijk. Als je het hele vruchtlichaam er in een keer “ onder kwakt” zie je misschien vooral sporen… Leg dit stukje in een druppeltje water of ammoniak. Plaats daarna voorzichtig een dekglaasje er op en klaar is het preparaatje (in tegenstelling tot paddenstoelenpreparaten hoef je hier niet te gaan kloppen op het preparaat…).

Het kan soms handig zijn om een vruchtlichaam te bekijken onder de microscoop zonder dekglaasje. Wanneer je het vruchtlichaam zonder dekglaasje bekijkt kun je beter de driedimensionale structuur bekijken van het capillitium. Dit is bijvoorbeeld handig bij het bestuderen van de Netpluimpjes (Stemonitales).

Het uitblazen van een vruchtlichaam?

Hoewel het soms lijkt alsof de vruchtlichamen helemaal leeg zijn vind je eigenlijk altijd sporen. Het bekijken van een “leeg” vruchtlichaam is vaak eenvoudiger dan het bekijken van een vruchtlichaam dat vol zit met sporen.  Mocht je geen “lege” vruchtlichamen hebben dan kan het lonen om er eentje uit te blazen zodat de sporen je zicht niet belemmeren en je een beter idee krijgt van de interne structuur van het vruchtlichaam.  Het uitblazen vergt echter wat handigheid… Wij gebruiken hier een stukje slang (van een zuurstofpompje) voor waarbij aan het uiteinde een stukje van een (goedkope kunstof) pipet is bevestigd. Probeer met de pincet de buitenzijde van het vruchtlichaam te verwijderen. Neem een zijde van het buisje in je mond en positioneer de andere zijde met de pipet voor het vruchtlichaam dat je graag uit wilt blazen. Het uitblazen gaat het meest praktisch onder de stereomicroscoop.

 

Hoe kom ik aan de benodigdheden?

Het is altijd wijs om eens te gaan praten bij een lokale paddenstoelenstudiegroep of op een universiteit (zie de website van de Nederlandse Mycologische Vereniging voor adressen van de lokale paddenstoelenclubs). Zij hebben vast nog tips en kunnen je misschien ook helpen bij het determineren, gebruik en aanschaf van de microscoop en het veldonderzoek.

Via google kun je de meeste benodigdheden wel vinden. Natuurlijk is het altijd aan te raden om eens te kijken op marktplaats/ebay etc. voor tweedehands materialen en literatuur.

Voor de aanschaf van nieuwe producten zijn er enkele online winkels waar wij goede ervaringen mee hebben en die we graag zouden willen aanbevelen.

  • Mycoshop Duitse website van de bekende mycoloog Andreas Gminder. Hier vind je literatuur, microscopen en benodigdheden.
  • Vermandel Een online winkel voor entomologie waar je ook veel zaken kunt vinden voor het onderzoek naar slijmzwammen.
  • Meijs Natuurboeken Een internetboekhandel waar veel literatuur te koop is.